Zoveel mogelijk betrokkenheid van leerlingen en ouders bij de invulling van het afstandsonderwijs, dat vindt het Calandlyceum belangrijk. Lees hoe actief en creatief de school dit aanpakt.
Cruciale input
Het Calandlyceum in Amsterdam geeft het onderwijs in coronatijd zo goed mogelijk vorm door korte lijnen met leerlingen, ouders en leraren. Voor de kwaliteit van de lessen is volgens schoolleider Wendelien Hoedemaker de mening van de leerlingen cruciaal: “Zij ervaren wat wel en wat niet werkt en kunnen op dat gebied de beste input leveren. Voor ons is het belangrijk om alle leerlingen te horen en te laten zien dat wij hen horen. Dat doen wij door hen actief te bevragen, hen mee te laten denken en mee te laten praten.”
Tussen neus en lippen door
Het contact met de leerlingen zit onder andere in de wekelijkse mentorgesprekken. “Daarin vraagt een mentor bijvoorbeeld aan een leerling: ‘Werkt dit zo voor jou?’ Ook vertellen de leerlingen vaak ‘tussen neus en lippen door’ hoe zij het onderwijs ervaren. Via de mentoren komen hun bevindingen bij mij terecht”, vertelt Wendelien. “Afgelopen week had ik drie extra gesprekken met mentoren. Ik wil namelijk op basis van hun input bepalen hoe wij na de voorjaarsvakantie verdergaan. Sommige mentoren bereiden zo’n gesprek voor vanuit hun sectie, anderen overleggen met hun leerlingen en weer anderen geven spontaan hun mening. Dat geeft mij een goed totaaloverzicht.”
“Wij vroegen de leerlingen in welke les zij veel leerden en wat zij ons wilden meegeven.”
Elke dag een enquête
Tijdens de eerste week van de online lessen in januari ontvingen alle leerlingen elke dag een enquête. “In het voorjaar konden wij moeilijk zicht krijgen op hoe de online lessen gingen. Daardoor konden wij leraren met een leervraag niet koppelen aan ‘good practice’-leraren. Wij vroegen de leerlingen onder andere in welke les zij veel leerden en wat zij ons wilden meegeven. Zo kregen wij een beeld van de leraren die wel wat hulp konden gebruiken”, legt Wendelien uit. “Na een week zijn wij gestopt met de dagelijkse enquêtes. Uit de afnemende respons maakten wij op dat het de leerlingen te veel werd. Nu ontvangen zij nog ongeveer tweewekelijks een enquête.”
Meer onderling afstemmen
Voorzitter van de leerlingenraad Lina (4 vwo-technasium) denkt actief mee over inhoudelijke kwesties. “De leerlingenraad overlegt eens per twee weken met de directeur. Wij bespreken dan hoe het gaat met het rooster, de toetsen en andere zaken die leerlingen inbrengen. Aan het begin van de lockdown bijvoorbeeld gaven leraren te veel opdrachten en daar bezweken sommige leerlingen bijna onder. Nadat wij dit opmerkten, gaf de directeur dit bij de leraren aan en zij vroeg ook om meer onderling af te stemmen hoeveel opdrachten een klas in een week krijgt.”
Extra aandacht vragen
Lina vindt het mooi dat ze met de leerlingenraad zoveel kan bereiken: “Het verzoek van één leerling die ons benadert, kan grote impact hebben op alle leerlingen. Ook op de leraren trouwens. Minder opdrachten bijvoorbeeld leidde ook bij hen tot werkdrukvermindering.” Een ander aandachtspunt in de afgelopen periode was het contact tussen leerlingen en hun mentor. “Dat is in deze tijd extra belangrijk. Onderwijs is meer dan kennis opdoen, het heeft ook een sociale factor. Als leerlingenraad hebben wij extra aandacht gevraagd voor de mentorbegeleiding. Er vinden nu wekelijks mentorgesprekken plaats.”
Inspraak betekent invloed
Volgens Wendelien zorgt het stimuleren van betrokkenheid ervoor dat de leerlingen zich serieus genomen voelen: “Door leerlingparticipatie wordt niet alleen de school echt van hen, maar leren zij ook: inspraak betekent invloed. En invloed is iets anders dan gelijk krijgen. Zo gaan de leerlingen inzien dat een systeem niet alleen over hun eigen behoefte gaat. Nuanceren en niet altijd direct een oordeel klaar hebben, dat leren zij echt in deze tijd. En daar hebben zij de rest van hun leven iets aan.”
Samen de persconferentie bespreken
Als schoolleider overlegt Wendelien regelmatig met de leerlingenraad en de ouderraad, ook na de persconferenties over de coronamaatregelen: “Dat is ontzettend leuk. Het voelt alsof je samen de persconferentie kijkt. Direct daarna bespreken wij in Microsoft Teams wat de aangekondigde maatregelen voor onze school betekenen. Op 2 februari sprak ik met twaalf leraren, die keer daarvoor met de leerlingenraad en ik heb de persconferentie ook al eens met een groep ouders nabesproken.”
“Direct na de persconferentie bespreken wij in Microsoft Teams wat de aankondigde maatregelen voor onze school betekenen.”
Werkgroep van ouders
De school wil de ouders ook betrekken bij actuele dilemma’s, zoals eindtermen, zittenblijven, doorstromen en determinatie. “Vorig schooljaar moesten wij onze traditionele overgangsnormen loslaten, omdat wij de helft van het jaar geen cijfers konden geven. Er komt nu een werkgroep van ouders die zich hierover gaat buigen om een voorstel te kunnen doen. Eén ouder meldde zich hiervoor spontaan aan als projectleider. De andere ouders komen uit de ouderraad”, vertelt Wendelien. “Als wij alleen met leerlingen dit soort onderwerpen bespreken, komen wij er meestal wel uit. Maar ouders willen hierin worden meegenomen. Wij willen ouders de mogelijkheid bieden om mee te denken en hen mede-eigenaar maken van het onderwijs.”
Onderwijs in spagaat
Fysieke gezondheid, psychische gezondheid en presteren zijn volgens Wendelien in deze coronatijd de pijlers van het afstandsonderwijs en tegelijkertijd niet verenigbaar. “Anderhalve meter afstand op school én thuisonderwijs én de sociaal-emotionele ontwikkeling bewaken én goede resultaten; het onderwijs bevindt zich in een spagaat. Wij proberen alle ouders, leerlingen en medewerkers daarvan bewust te maken in extra gespreksronden met de mentoren, in mentorgesprekken: eigenlijk in alles. Dan begrijpt iedereen dat voor de een de ene pijler belangrijker kan zijn en voor de ander een andere pijler. Ook kunnen wij dan samen een afweging maken hoe wij met deze spagaat omgaan.”
Fotobijschrift: Directeur van het Calandlyceum Wendelien Hoedemaker