5. Het plan

Het is tijd voor het maken van je eigen plan voor jouw regio als klaslokaal! Hou het vooral simpel, kort en krachtig, zodat het snel in te vullen en te actualiseren is. Het moet een plan zijn waar je in de praktijk gemakkelijk mee aan de slag kunt.

Beperk je daarom tot een overzicht van activiteiten. Uitgangspunt van het plan zou kunnen zijn het principe van andersom organiseren. Je kiest dan voor ‘richten, verrichten en inrichten’ in plaats van ‘richten, inrichten en verrichten’. Richten gaat over bedenken waar je heen wilt (het doel). Verrichten gaat over het uitvoeren van wat je hebt bedacht. Inrichten gaat over hoe je de schoolorganisatie, het onderwijs en processen die je daarvoor nodig hebt, structureert. Zo zorg je voor meer eigenaarschap van alle betrokkenen.

Voor het maken van een plan kun je een van de onderstaande methoden gebruiken:

De SMART-methode

Specifiek – Wat is je doel? Wat ga je doen en met wie om dat te bereiken? Wat heb je daarvoor nodig?

Meetbaar – Wanneer heb je je doel bereikt en hoe meet je dat?

Acceptabel – Zijn je doelen acceptabel voor de school en voor de mensen die je ervoor nodig hebt?

Realistisch – Is het doel haalbaar en wat heb je ervoor nodig?

Tijdsgebonden – Wanneer ga je het doen en wanneer wil je je doel bereikt hebben?

 

Golden Circle van Simon Sinek

De Golden Circle van Simon Sinek heeft drie gouden cirkels waarin de termen wat, hoe en waarom staan. ‘Waarom’ staat in het midden, daaromheen ‘hoe’ en als buitenste cirkel ‘wat’.

 

Deze websites maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies om u een zo goed mogelijke gebruikerservaring te geven. Ga hiermee akkoord door op accepteren te klikken.